Le musée vu du parc de sculptures

Het museum

Gelegen op 20 minuten van Lille, tussen Parijs, Brussel, Amsterdam, Luxemburg en Londen, de LaM is een van de belangrijkste musea in Noord-Europa.

Het LaM, verscholen in zijn groene beeldentuin, herbergt meer dan 7000 kunstwerken uit de 20e en 21e eeuw. Van zaal tot zaal wordt u aangezet tot een nieuwe kijk op de kunstgeschiedenis, in een origineel traject waarin moderne kunst en hedendaagse kunst zijn gecombineerd met de grootste openbare verzameling art brut in Frankrijk.

Raadpleeg deze pagina voor alle leningaanvragen.

Afbeelding
Enfant dans les salles d'art moderne du LaM
Au 1er plan : Anonyme, Masque nimba, s. d. Donation Geneviève et Jean Masurel
Moderne kunst
Aan de oorsprong van de collectie moderne kunst van het LaM staan twee personen: Roger Dutilleul (1873-1956) en zijn neef, Jean Masurel (1908-1991).

Dutilleul begint aan het begin van de 20e eeuw een bijzonder gedurfde verzameling. Hij is de eerste Fransman die zich interesseert in het kubisme, al is zijn positie als baanbreker aanvankelijk een pure noodzaak: hij kan zich het werk van Paul Cézanne, dat hij intens bewondert, niet veroorloven. Hij richt zijn aandacht daarom op de 'jongere generaties' in de Parijse galerieën, waaronder die van Daniel-Henry Kahnweiler, die hem kennis laat maken met Georges Braque, Pablo Picasso en Fernand Léger. Hij ontmoet daarop Amedeo Modigliani en legt een van de uitgebreidste verzamelingen van het werk van de Italiaanse kunstenaar aan. In de periode tussen de twee wereldoorlogen vat hij interesse op voor nieuwe onderwerpen: de naïeve kunst en de schilderijen van André Lanskoy. Al snel steekt het enthousiasme van Dutilleul ook zijn neef aan, die in de jaren 1920 zijn eerste gouache van Léger koopt en in 1956 de verzameling van zijn oom erft.

Jean Masurel bezit een pand in Mouvaux en hij steunt bovendien de kunstenaars uit deze streek, onder wie
Eugène Dodeigne, Eugène Leroy, Jean Roulland en Arthur Van Hecke. In 1979 schenken Jean en zijn echtgenote Geneviève een deel van hun collectie aan de Communauté urbaine de Lille, waarmee het Musée d'art moderne wordt opgericht. Sindsdien zijn de museumcollecties uitgebreid met het werk van kunstenaars die verband houden met de oorspronkelijke collectie, zoals Henri Laurens, Jacques Lipchitz en Eugène Leroy.
Hedendaagse kunst
Het aankoopbeleid van het museum is opgezet in de geest van de verzamelaars Roger Dutilleul en Jean Masurel, die zich interesseerden in de kunstenaars van hun tijd, op basis van dezelfde open instelling die het vandaag de dag mogelijk maakt om uiteenlopende tendensen binnen de kunst van nu te illustreren.

De verzameling hedendaagse kunst van het museum is ingedeeld aan de hand van verschillende rode lijnen: het idee van de encyclopedie, het klasseren of ordenen van artefacten uit onze beschaving (Christian Boltanski, Allan McCollum, Annette Messager enz.), de inzet of betrokkenheid van de kunstenaar bij actuele gebeurtenissen in de wereld, om deze te veranderen of een andere houding naar voren te brengen (Christian Burden, Mohamed El Baz enz.), de abstractie in al haar vormen, van de jaren 1960 tot 1990, in de schilderkunst (Richard Serra, Pierre Soulages enz.) en de beeldhouwkunst (Daniel Dezeuze, Toni Grand, Etienne-Martin enz.), en figuratieve kunst (Bernard Buffet, Erró, Hervé Télémaque enz.).

De recente aankoop van een kunstwerk van Zarina Hashmi en een verzameling schilderijen en tekeningen van Etel Adnan getuigen van de wens om de collectie nog sterker open te stellen voor internationale creaties, door historische figuren te presenteren waar in Frankrijk nog niet veel werk van geëxposeerd is. De hedendaagse kunst, als contrapunt in de presentatie of als onderwerp van een expositie, maakt een levendige dialoog mogelijk tussen verschillende tijden, plaatsen en kunstenaars.
Art Brut
In 1945 vindt Jean Dubuffet het begrip art brut uit, wanneer hij artistieke creaties bijeen begint te brengen van sterk uiteenlopende aard: carnavalsmaskers, kindertekeningen, kunstnijverheid enz. Het begrip, beschouwd als een fenomeen dat volwaardig deel uitmaakt van de 20e-eeuwse kunst, breidde zich uit en verspreidde zich wereldwijd - in Engelstalige gebieden hebben we het over outsider art. Tot op de dag van vandaag verwijzen talrijke kunstenaars, in hun aanpak en werkwijze naar de art brut.

In 1999 schenkt de stichting L'Aracine een grote hoeveelheid werken aan het museum - tekeningen, schilderijen, assemblages, voorwerpen en beeldhouwwerken van meer dan 170 makers uit Frankrijk en het buitenland. In 2007 werd er voor deze uitzonderlijke verzameling art brut een uitbreiding aan het museum gebouwd, ontworpen door de architecte Manuelle Gautrand. Momenteel breidt het museum deze verzameling dankzij schenkingen en aankopen regelmatig uit. De werken worden regelmatig in monografische en thematische exposities gepresenteerd en reizen de hele wereld over. De collectie bevat werken van belangrijke figuren uit de art brut: Aloïse Corbaz, Fleury Joseph Crépin, Henry Darger, Auguste Forestier, l’Abbé Fouré, Madge Gill, Jules Leclercq, Augustin Lesage, Michel Nedjar, André Robillard, Willem Van Genk, Josué Virgili, Adolf Wölfli, Carlo Zinelli enz.

De art brut gaat een dialoog aan met de moderne en hedendaagse kunst en vertelt ons zo een bijzondere kunstgeschiedenis van de 20e en 21e eeuw, die ons aanspoort om onze kijk op het creatieve werk van de kunstenaar.